Hepatische veneuze trombose, ook bekend als Budd-Chiari-syndroom, is een aandoening die ontstaat wanneer occlusie optreedt in de leveraders die de lever afvoeren. Het is een zeldzame aandoening en komt voor bij ongeveer één op de miljoen mensen. De aandoening ontstaat door een acute of semi-acute verstopping van de leveraders bij een individu. Vezelvliezen en bloedstolsels zijn de belangrijkste oorzaken van de verstopping.
Wanneer de leverader geblokkeerd is, wordt de bloedstroom van de lever naar het hart verhinderd. Deze situatie is zeer gevaarlijk omdat deze ertoe kan leiden dat de lever beschadigd raakt. De groei van de tumor die op het bloedvat drukt, kan ook de verstopping veroorzaken. In de meeste gevallen vindt de stolling plaats wanneer omstandigheden die stolling veroorzaken, gedijen. Enkele van de aandoeningen zijn kanker, zwangerschap, gebruik van orale anticonceptiva en bepaalde infecties.
Net als bij elke andere medische aandoening moet er zo snel mogelijk hulp worden gezocht. De belangrijkste symptomen die wijzen op de aanwezigheid van de ziekte zijn onder meer zwelling of uitrekking van de buik en braken van bloed. Pijn in het bovenste deel van de buik en geelverkleuring van de huid duiden ook op de aanwezigheid van het probleem. Hoe eerder behandeling wordt gezocht; hoe gemakkelijker het is om met het probleem om te gaan.
De zwelling en pijn in de buik zijn het gevolg van de ophoping van vocht in de lever. Dit komt doordat de lever niet wordt leeggemaakt, omdat de bloedvaten die terug naar het hart leiden geblokkeerd zijn. Om deze reden zwelt de lever op en wordt hij gevoelig bij aanraking. Deze problemen kunnen niet worden opgespoord tenzij de patiënt de juiste medische hulp zoekt. Als het niet op tijd wordt behandeld, kan dit leiden tot levensbedreigend leverfalen.
Om het probleem goed te kunnen diagnosticeren, moet een lichamelijk onderzoek en bloedonderzoek worden uitgevoerd. De arts zal op de buik drukken om de gezwollen lever te lokaliseren. Er is een bloedmonster van de patiënt nodig om er zeker van te zijn dat de minnaar goed functioneert. Als deze tests tekenen van een verzwakte lever vertonen, worden beeldvormingstests aanbevolen. Wanneer leverschade wordt opgemerkt, kan een leverbiopsie noodzakelijk zijn.
Hepatische veneuze trombose kan worden behandeld met antistollingsmiddelen, fibrinolytica genaamd. Anticoagulantia kunnen worden toegediend om herhaling van de stolling in de toekomst te voorkomen. Als onderdeel van de behandeling kan de arts ervoor kiezen om de aderen te verwijden om de bloedstroom te verbeteren. Hiervoor is een chirurgische procedure nodig die percetane transluminale angioplastiek wordt genoemd.
Er wordt een katheter in de aangetaste ader gebracht. Zodra het zich in de ader bevindt, wordt het opgeblazen, waardoor de ader verwijdt. Wanneer het bloedvat breed genoeg is, wordt er een gaas ingebracht dat het openhoudt. Dit zorgt voor een betere bloedstroom vanuit de lever.
Als HVT niet wordt behandeld, kan dit in de toekomst tot leverfalen leiden. Een patiënt met dit probleem kan binnen drie jaar overlijden, tenzij er een transplantatie wordt uitgevoerd. Chirurgische procedures die worden gebruikt om de problemen te behandelen, kunnen ook tot complicaties leiden. Er moet snel een behandeling voor het geblokkeerde bloedvat worden gezocht, omdat dit fataal kan zijn.